Mijn naam is Eric Dijkstra, 49 jaar jong. Net als vele fietsliefhebbers rijd ik zo’n 1x per week een prettig rondje, heerlijk. Dat doe ik al zo’n 35 jaar. Vaak zijn de Franse Alpen het hoogtepunt van het seizoen en gaat het “stalen” ros mee op vakantie. De Alpen zijn geweldig; de Bonnette, Agnel, Izoard, Galibier, Allos, Madeleine, Iseran, Forclaz, de lijst is lang! Stuk voor stuk pittige colletjes. Maar een dagkoers over een of meer van die Alpenreuzen brengt dat naar een geheel andere dimensie. De allermooiste vind ik La Marmotte.
Tja, La Marmotte, die wilde ik nog wel een keer doen. Ik had hem in 1985 al eens gereden met mijn broer onder bijzondere omstandigheden. De emotie was toen enorm. Mijn broer en ik reden op ons tandvlees allebei zilver. Maar een paar maanden later was ons gezin niet meer compleet door het overlijden van onze moeder, 43 jaar. Dat donkere vooruitzicht hing tijdens die Marmotte al over ons gezin en ik denk dat daarom de wil om de koers voor onze ouders uit te rijden buitengewoon sterk was; je voelt immers wel dat er geen tweede kans meer zal zijn.
Waarom wil ik dan 31 jaar later nog een keer La Marmotte rijden? Ik kan argumenten genoeg opnoemen maar ergens zocht ik denk ook wel naar die emotie van toen in Bourg d’Oisans. Ja dat is het; je legt contact met je verleden; “we zijn er nog steeds hoor!” Sportief gezien is deze prachtige koers natuurlijk ook een uitdaging van de bovenste plank en ondanks die paar jaar extra op mijn teller wil ik dan ook –net als toen- zilver halen. Daarom dus. En dan is er een simpele conclusie; inschrijven en gewoon proberen!
In m’n eentje deelnemen, zag ik niet zitten; je rijdt natuurlijk wel het grootste stuk tegen jezelf en met 7.500 deelnemers hoef je je echt niet alleen te voelen. Maar met z’n tweeën of meer kun je elkaar helpen, motiveren en het is zeker ook voor je familie een veiligere gedachte. Mijn broer had al aangegeven dat hij wel meeging maar dan als supporter. En dus was ik op zoek naar een medeavonturier.
En die vond ik ergens aan de borrel tijdens een mannenweekend. De zoon van een kennis raakte enthousiast en wilde het Grote Afzien wel eens meemaken. Zijn naam is Jos van Haeringen, 28 jaar, had al een racefiets, doet aan tafeltennis en hier en daar een mud-run. Zelfs de Viking Run. En dat is Afzien = dat is Goed. De Jos wees mij er bovendien op dat La Marmotte de eerste georganiseerde cyclosportive ooit is!
Al pratende leek het erop dat we redelijk gelijk op zouden kunnen; Jos weliswaar 20 jaar jonger maar zonder enige fietservaring in de Alpen en ik iets ouder maar praktisch wel alle Alpencols een keer onder de bandjes door laten rollen. -20+ervaring=+20-ervaring Gelijk op dus. OK dat is vrij simpel gedacht maar leest u maar verder. In ieder geval ging Jos zich ook inschrijven.
Aan de slag!
Het plan de campagne was simpel. Allebei vonden we dat er flink uren gemaakt moesten worden op de racefiets. Met de bekende uitdrukkingen als slim rijden, sparen/sparen/sparen, kop erbij, stofwisselen, bord leegeten, even telefoneren, de koers win je in bed zei Zoetemelk, Parijs is nog ver, harken maar, enzovoorts. Het wielerjargon is onuitputtelijk.
Je leert altijd veel van elkaar. Mijn rechthoekige pakje Dextro snoepjes bleek toch echt wel aan vernieuwing toe. En voor Jos wat basis “code” zoals regel 1: niet onderlangs gaan zonder aankondiging. Verderop in de voorbereiding zouden we samen een koersje in Nederland rijden om het pelotongevoel even aan te scherpen en dan een week voor De Koers in de Alpen trainen. Jos had ergens nog een weekje in de Ardennen geboekt en had zijn fiets natuurlijk meegesmokkeld.
Trainen
La Marmotte is en blijft een monsterkoers en dus moet er wel serieus getraind worden. Zo’n 10 uur lang op een racefiets kunnen rijden en leren voldoende brandstof binnen te krijgen. Langzaam werden de uren opgevoerd en Jos en ik reden al vlot een uur of 5 achter elkaar door het Noord- en Zuid-Hollandse landschap. Ook trainden wij veel solo want La Marmotte rijd je voor het grootste deel bergop en dus tegen jezelf en in je eigen tempo. En van uit de wind hangen wordt je niet sterker. De brandstof bestond tijdens het fietsen vooral uit Snelle Jelle’s, SIS gelletjes, krentenbollen, sportdrank en vooral veel water. En de avond ervoor Pasta. Na het trainen niet op de bank ploffen maar direct wat zinvols eten en drinken (kwark met banaan, vruchtensiroop, lekker hoor).
Vooral in februari en maart kwam ik na 3 a 4 uur fietsen regelmatig compleet leeg en afgedraaid thuis. Oei oei dacht ik, hoe ga ik dat volhouden? Het antwoord is doorbijten. Het komt echt goed. Ik moest weer leren op de fiets te “leven” dus niet 2 uur voluit maar een punt zoeken waarop je kunt blijven rijden en eten. Om de benen even te testen, deden Jos en ik mee aan Limburgs Mooiste. Met fantastisch weer reden wij zo’n 190km en het was er natuurlijk oergezellig. Biertje aan de finish en op naar het Pastafeest. Geweldige organisatie.
Marmotte komt dichter en dichterbij
Mijn vrouw Christine en ik hadden er een zomervakantie van gemaakt. Bij aankomst prachtig weer en eerst maar even relaxen. Dat er in Bourg d’Oisans veel gefietst wordt, was al snel duidelijk. Overal racefietsers en ruim voldoende shops met alles voor het fietsen. Mijn vader en zijn partner kwamen een dag later aan op dezelfde camping. Helaas moest hij een paar dagen later alweer terug naar Nederland vanwege pech met de gezondheid. Een enorme domper. Inmiddels is hij hersteld maar De Koers volgde hij helaas thuis.
Polar logboek 20 juni. Als eerste even de Col d’Ornon getest; een zeer vriendelijk colletje en echt een aanrader om er even in te komen. Op m’n gemak naar boven gepeddeld en dat ging reuze goed. Fijn voor de moraal!
Een paar dagen later geprobeerd Col du Glandon op reserve op te fietsen. Maar ja wat is dat eigenlijk; op reserve? Tsja… Bergop gaat het nooit vanzelf dus zoekt iedereen denk ik een punt waarop het een beetje blijft draaien. Bij mij werkt het heel goed door je hartslag te kennen en te weten wanneer je teveel gas geeft. Ik kwam tot mijn verbazing heel fris boven. Weer een stap dichterbij!!
De voorbereiding was dus goed geweest maar het is ongelooflijk hoeveel je iedere dag nog beter wordt als je ruim op tijd in Frankrijk kunt zijn. Althans dat is mijn ervaring dan.
Nu ben ik allang niet meer een van de snelle mannen bergop maar uiteindelijk haalde ik op de laatste dag van de vakantie nog 1:09 op de Alpe d’Huez en daar was ik best heel trots op.
Jos had het weekeinde voor La Marmotte nog een bruiloft en mocht daar de ceremoniemeester uithangen. Samen met zijn vrouw arriveerde hij op de dag van La Vaujany; ook een hele gave koers. Ik heb de Mediofondo La Vaujany (120km) gereden als voorbereiding. Als je de kans hebt, doen!
Polar logboek 28 juni. Met Jos naar Col de la Croix de Fer gefietst. Dat was een goede test om uit te vinden of we ook op een lange col een beetje met elkaar op konden fietsen. Het resultaat was veelbelovend. Jos iets sneller in de klim, Eric iets sneller in de afdaling. We besloten om tijdens La Marmotte in ieder geval de Glandon zoveel mogelijk samen op te rijden (sparen sparen sparen) en elkaar onderaan de afdaling weer op te zoeken vóór de tijdmat. We hadden even geklokt op Col du Glandon en met een beetje geluk zouden we ons zelfs op het schema zilver kunnen richten….
We vinden dat we er nu alles aan gedaan hebben, vanaf nu houden we ons rustig en trappen alleen nog maar de beentjes los. Opladen!
Toen & Nu
Er is heel veel veranderd sinds mijn deelname in 1985. Wat vooral opvalt, is dat het fietsen echt een grote sport is geworden en het rijden van cyclosportives is daar een onderdeel van. Heel veel fitte heren maar ook de dames fietsen echt ontzettend goed. Prima materiaal en de voeding is natuurlijk ook super. In 1985 was Isostar Citroen zo’n beetje net uitgevonden en tot ontzetting van mijn smaakpapillen bestaat die smaak nog steeds. Mijn favoriet is nu SIS Orange en nog allerlei smaken om het een beetje af te wisselen. En Snelle Jelle uiteraard. De retro Dextro snoepjes heb ik dit keer maar thuis gelaten. Verder rijden we nu allemaal met valhelmen; heel vanzelfsprekend maar in de tijd van de toeclips nog niet haha. Sommigen namen een zaklamp mee voor in de tunnels maar die kon je op één hand tellen. Bernard Hinault nam toch ook geen zaklamp mee? Nu kregen we van de organisatie mooie fietslampjes met Marmotte logo erop. Leuk.
Verder moest je opletten dat je je schoenplaatjes goed vastgespijkerd had want dat is onderweg nauwelijks goed te herstellen. Mijn broer en ik reden toen op een stoer en populair verzet 42×24 pffff wat een rad. Vorig jaar was ik al blij met mijn 39×26 en nu helemaal happy met 36×30, rijdt echt veel beter, had ik eerder moeten doen!
Praktische informatie
Van tevoren konden we de startformulieren printen en daarop staat precies aangegeven waar en wanneer je je startpakket op kunt halen. Omdat je bij La Marmotte niet de enige bent kun je de 2 dagen voorafgaand aan De Koers al je startpakket ophalen in het Palais des Sports bovenop Alpe d’Huez. Leuk hoor, iedereen in de rij, gezonde spanning en sterke verhalen.
Oh ja, in die rij merkte iemand op dat het op De Koersdag zou gaan regenen. Huh? Regen? Ga jij eens ff lekker ergens anders staan. Dat willen we niet horen.
Tja, het weer heb je niet in de hand. Net zo min als lekke banden en soortgelijke ongemakken. Het knaagt natuurlijk wel een beetje aan je want het weer en pech hebben vaak een doorslaggevende invloed op de prestaties van ons mindere goden. We heten niet allemaal Kenny Nijssen. Wat een held is dat zeg.
De dag voor De Koers zetten ze overal borden neer in Bourg d’Oisans met daarop welke startnummers waar starten. Je rijdt er dus zo naar toe, no worries. Heel gaaf is ook dat ze grote delen van het parcours geheel afsluiten voor verkeer. Alles wijkt voor De Koers.
De afgesloten wegen op 2 juli 2016
De snelle mannen gaan om 7:00 (501-2000), dan een groep om 7:30 (2001-4000) en de rest om 7:50 (4001+) Je rijdt allemaal over dezelfde startmat in het centrum (supergaaf trouwens) en de chip op je startnummer doet de rest. Jos en ik zaten in de middelste groep.
Zaterdag 2 juli 2016 – La Marmotte
De avond ervoor lekker pasta gegeten, mijn broer en mijn zwager waren inmiddels ook aangekomen en gingen de koers volgen aan de finish op de Alpe d’Huez.
‘s Ochtends om 5:45 de wekker Beetje licht ontbeten en aankleden!
De dames liepen alvast naar de start om ons uit te zwaaien en niet veel later 7:15 stonden Jos en ik met vele koersgenoten in de startlane. Prachtig. Kort na half acht passeerden wij de startmat en reden we met hier en daar een spetter Bourg d’Oisans uit. En inderdaad; iedereen geeft meteen volgas.
Maar Jos en ik blijven kalm en geven niet toe aan deze oerdrang. Al snel vormt zich ook een pelotonnetje rustiger starters en zo fietsen wij over een geheel afgesloten weg richting Rochtaillée. Net echt. Sterker nog; het is echt!
Col du Glandon
Op de Glandon worden we alleen maar voorbij gereden (althans zo voelt dat). Ja er rijden natuurlijk ook heel wat snellere renners mee die hun startnummer in de laatste groep hadden (4.000+) en die komen er al vlot langs. Maar het gaat prima en de sfeer is opperbest.
Jos en ik rijden “op reserve” jaja het kan! Iets voorbij die afdaal haarspeldjes net na Le Riviers valt iedereen een beetje stil tegen die steile helling. Het is even druk en dus trek ik even hard door om ruimte te zoeken. Terloops kijk ik nog even naar links; aan de overkant van het dal zie je de vergane Oude Route uit 1985 nog liggen. Respect voor de berg.
Boven aangekomen pak ik bij het restaurant de eerste bevoorradingstas van Ester van Tour de Vacance aan (oase nummer 1) en die vraagt hoe het gaat. “Zo fris als een hoentje” zeg ik en zo voel ik me ook. Wow, lekker zeg. Snel door naar de tijdmat want daarna wil ik even de bidonnen vullen en de zakken van mijn fietsshirt. Wat een drukte en het duurt dus even voordat ik over de mat heen ben. Ik kom Jos tegen die al gaat afdalen. We hebben afgesproken elkaar beneden te treffen vlak voor de volgende tijdmat.
Leuk gezicht; iedereen in de weer met water en eten. Tijd om af te dalen!
Goed dat de organisatie deze afdaling neutraliseerde. Hij is best tricky en het valt mij hier wel op dat het onderdeel afdalen voor velen een opgave is. Ook hier de gouden regel: niet onderlangs gaan en iedereen lekker z’n lijn laten volgen. Op gevaarlijke punten staan vrijwilligers met gele vlaggen; een compliment aan de organisatie want dat houdt je scherp.
Valpartij
Onderaan heb ik na een sms’je Jos snel gevonden en zo vervolgen wij onze weg naar de Télégraphe. Jos wist mij te vertellen dat de renners in zijn fiets-chalet hadden gewaarschuwd voor een spoorlijnovergang die schuin door het asfalt gaat. Aha, altijd handig goede parcourskennis.
Opletten dus. Ook hier had de organisatie keurig een paar vlaggenisten neergezet zodat iedereen er veilig kon passeren. Toch vlak daarna een vervelend incident. Het was vrij onrustig richting St Michel de Maurienne terwijl de wind toch heerlijk in de rug stond. Er komt iemand binnendoor gerommeld en die veroorzaakt vervolgens een valpartij en boem daar lag ik ook. Behoorlijk nijdig raap ik mijn fiets op en dat blijkt een stevig karretje te zijn! Zelf wat schaafplekken maar niets ernstigs; met Jos op kop vervolgen wij de koers en na een paar kilometer liggen wij weer op snelheid. Bij de Télégraphe aangekomen, deel ik nog even de laatste parcourtips met Jos want die gaat nu toch wel versnellen.
De Télégraphe
Het gaat best lekker en -goed voor mijn moraal- ik begin weer mensen in te halen. Op de top pak ik mijn tweede bevoorradingstas bij het Tour de Vacance banner (oase nummer 2) en maak ik verse sportdrank, eet en drink even wat en hop afdalen naar Valloire. Oh ja, nog even snel een appje verstuurd: <top telegraphe> einde bericht. Ik had m’n telefoon op locatie delen willen zetten maar dat was mij niet gelukt dus dan maar zo. Mijn vader zag later dat je dit live kon volgen via een of ander website. Tip voor de volgers van de koers!
In Valloire is het zeer aangenaam weer en flink wat mensen die de renners aanmoedigen. Dat is toch wel mooi fietsen hoor; je voelt je even een Tour de France renner.
Col du Galibier
Ik ken de klim vrij goed dus eerst maar even rustig aan dat steile stuk Valloire uit. Dan lekker ritme pakken op het redelijke stijgingspercentage langs de rivier in het dal; op naar….Plan Lachat. Ik voel me nog steeds prima en eet en drink lekker door. Zal ik versnellen? Vlak na Plan Lachat heb ik dat alweer afgeleerd. Maar zo steil als ik het nog in m’n hoofd had, voelt het niet. Ik haal steeds meer renners in en geniet met volle teugen. Het is loodzwaar maar alles klopt. Wat ook steeds zwaarder wordt, is de bewolking. En ja hoor, zo’n 5 kilometer onder de top begint het keihard te regenen en te waaien. Lekker hoor. Uiteindelijk stop ik toch even om zo’n goedkope plastic poncho over me heen te trekken. Het ziet er niet uit maar ik ben blij dat mijn vrouw Christine die nog even in m’n handen had gedrukt.
We beulen verder naar de top; wat een weer zeg. We moeten (erg hoor, haha) straks door het tunneltje omdat er teveel sneeuw op het laatste stuk ligt. De foto van mijn verslag uit 1985 kan helaas niet herhaald worden. Ik vond het niet zo erg op dat moment.
Voor de tunnel is er nog een laatste moment van bevoorrading ( oase nummer 3) bij Robert Bernaerts himself. In de tas had ik behalve eten nu ook arm- en beenstukken, een afdaalhesje en twee handschoenen. Heeeeerlijk. De top van de Galibier leek mij een prima plek voor een koek-en-zopie tent. Nog even staan praten met Robert en ik moet zeggen dat de weersomstandigheden nu zo slecht zijn dat ik de hoop op het zilver verlies. Dan maar uitrijden.
Afdaling Col du Galibier en Col du Lautaret
De afdaling was ijskoud, mijn schoenen waren al volgelopen en mijn voeten waren twee ijsklompjes. Het afdalen zelf ging super; ik zat in een relaxte flow en voelde mij als een vis in het water. Vlak voor de Lautaret nog even door een wolk heen en daarna werd het al snel warmer maar niet droog. In de verte leek het echter op te klaren; ik besloot voluit te gaan; de strijd om het zilver was nog niet gedaan!
Ik zette Het Grote Mes erop (52×12 jaja toe maar) en trapte zo hard mogelijk door richting Bourg d’Oisans. Mijn voeten bleven ijskoud. Bij het verlaten van de noodweg bij Chambon brak de zon door en ben ik toch even gestopt om mijn sokken uit te wringen en de overtollige kleding in de rugzakken te proppen. Goed voorbeeld doet volgen en binnen de kortste keren zaten daar heel wat renners op het asfalt hun sokken uit te wringen. De voetjes waren er oprecht blij mee.
En oh ja, snel een appje <ben bij les 2 alpes> einde bericht
Snel weer verder. Weg waren alle “zoek een treintje op” gedachtes. Ik had haast en reed op kop naar Bourg d’Oisans.
Alpe d’Huez
Aan de voet van Alpe d’Huez stond Christine mij op te wachten met een colaatje en een tas vol etenswaren. Een 4-sterren keuze. Lekker!
Ik had –inclusief sokkenstop- ongeveer 15 a 20 minuten goed gemaakt vanaf de top van Galibier en het zilver leek haalbaar. Jos zat ongeveer 10 minuten voor me en was dus al lekker aan het klimmen.
Bidonnetjes halfvol en dan de Alpe op. Dat liep alweer goed zeg. Ik kon gewoon tempo blijven draaien alleen versnellen lukte mij niet. Dus dacht ik: “we rijden zo door tot bocht 5 en dan zie ik het wel”
Of ik op schema voor zilver lag, kon ik niet goed uitrekenen omdat ik mijn Polar niet goed bediend had, maar een indicatie had ik wel.
Onderweg genoot ik van alle aanmoedigingen; wat is het toch gaaf om zoiets te kunnen doen. Als u dit leest en u was een van die vele supporters langs de route: Bedankt!
Finish van de Marmotte 2016
Bij bocht 5 kroop ik in het wiel bij een snelle Zweed en dacht “dat wiel laat ik niet meer los” Hij reed eigenlijk te hard maar het ging. Heerlijk langs het publiek op de 13km lijn gereden en dan door het tunneltje naar het laatste stuk. Hup naar buitenblad en staan op die pedalen!
Bij de rotonde ontdekte ik mijn broer en zwager en luttele secondes later stoof ik met de mederenners onder applaus over de finish.
In het “parc ferme” even alleen bekomen van de emoties. Na 1985 is het mij in 2016 weer gelukt La Marmotte uit te rijden. Dan eerst even Pa gebeld, mijn vrouw Christine en mijn zusje Yvonne. Allemaal blij. Broer Jan – de enige die er in 1985 ook bij was- en zwager Bart hadden mij inmiddels gevonden en ook Jos stond al met een warm jack aan bij de finish.
Je kunt dan meteen in de rij gaan staan voor “Het Brevet”. De spanning liep op toen ik mijn startnummer doorgaf. De man die het uitprintte kan zo meedoen aan een spelletje poker want hij vertrok geen spier. Totdat hij het brevet omdraaide en zei “da’s best goed hoor” ZILVER
Jawel het was gelukt!!! En maar 4 minuten verschil met 1985 hoe-is-het-mogelijk.
Jos haalde brons en greep helaas net naast het zilver en dat is natuurlijk wel even balen. Aan de andere kant; hij had tot La Marmotte nog nooit in de Alpen gefietst en dan al zo strak uitrijden is echt ontzettend sterk.
Jos stond alweer in de volgende rij ; die van de medailles. Je kunt dan je startnummer inruilen voor een tientje of voor een medaille. Jos zou ook mijn startnummer inruilen. Nou de tientjes waren niet op…maar de zilveren plakken wel. Dus zei meester onderhandelaar Jos, “doe dan maar goud” en zo geschiedde dat ik een zilveren brevet heb met een gouden plak. Tricheur ! haha ja en…
De organisatie en alle vrijwilligers van La Marmotte verdienen een groot compliment. Het is duidelijk ook hun koers en dat merk je. Zij maken het mogelijk dat wij liefhebbers ons een dag lang net zo voelen als echte renners in de Tour de France.
Het was ook leuk Ester en Robert persoonlijk te ontmoeten; jullie bevoorradingsservice was echt heel goed; werkt fantastisch.
Later hebben we nog lekker nagepraat en de dag doorgenomen. Al die Winnaars die La Marmotte hebben getrotseerd. Wat een feest.
Epiloog
Wederom een fantastische ervaring; ik kan het dus nog steeds!
Ik hoop dat dit stukje een aanmoediging en inspiratie mag zijn voor wielerliefhebbers die er wat voor over hebben om deze monsterrit te ondernemen. Het gaat zeker niet vanzelf maar het is supermooi. Iedereen die van start gaat, heeft eigenlijk al gewonnen.
Voor mij persoonlijk heeft deze editie een andere emotie dan in 1985. Mijn broer reed helaas niet mee maar hij was aan de finish de enige die er toen ook bij was. Je gedachtes gaan natuurlijk vaak terug en voor mij was deze deelname de beste manier om vorm te geven aan iets wat uiteindelijk een eerbetoon is; ik draag deze rit op aan mijn ouders.
Eric Dijkstra komt uit Nieuw-Vennep. Op 18 jarige leeftijd reed Eric samen met zijn broer Jan La Marmotte in 1985. Het was een geweldige ervaring. Na 30 jaar heeft hij op 2 juli 2016 eindelijk weer de Marmotte in het vooruitzicht. Hij gaat voor “uitrijden”, maar wat zou het geweldig zijn als de “zilveren tijd” uit 1985 gehaald wordt!
Prachtig verhaal! Heb mijn broer helaas nooit zover gekregen om met me mee te gaan. Samen een bijzondere prestatie neerzetten en afzien schept een sterke band. Cyclos zijn wel massa toerisme geworden vandaag de dag maar fietsen in de Alpen blijft mooi.